Photo by Igor Ovsyannykov on Unsplash
Gisteren zag ik een interview met Benjamin Gérard op zwijgenisgeenoptie.be.
Ik heb gehuild en ik heb gelachen. En nu ben ik dankbaar dat ik dat eerlijke interview mocht aanschouwen.
Vandaag was een moeizame dag. Waar een bijna volledige sessie op tafel bij mijn therapeut de beweging in mijn lichaam zich stilhield, bracht de laatste vijf minuten met een schok een en ander in beweging. Intens verdriet, groetjes uit een zwart gat.
Ik vroeg hoe oud het was. Mijn therapeut beweerde dat dit verdriet ouder is dan de periode die mijn chronische worsteling inluidde. Dat hij dat verschil duidelijk voelt.
Dat ik ergens wel weet dat je niet zomaar de ziekte krijgt die ik te dragen heb. Dat ik de geschiedenis echt niet hoef te kennen. Maar dat dat verdriet, dat smeulende zeulende ‘zie me vooral niet’ alsjeblieft langzaam mag verdwijnen.
Daarvoor ga ik door op deze niet evidente weg. En dit schrijven alleen al roert me.
De hele verdere dag was traag en onbestemd. Heb me in de zetel genesteld en voelde wat irritatie bij twee bezoekjes. Heb me verontschuldigd voor de vijfde sessie in dat ene traject waar ik zo graag aan deelneem. Mevrouw verdriet had me in haar greep.
Intussen gaat het iets beter. Heb mezelf net getrakteerd op koffie met een scheutje karamel. Wellicht gaf die een kleine boost, maar ik gun het mezelf. Ik gun het mijn dag.
Maar wat ik wou schrijven over dat interview dat ik zag, is dat het me hoop geeft te zien hoe mensen niet-evidente dingen doen voor andere mensen. Gewoon omdat ze geloven in hun talenten. Gewoon omdat ze de mens zien in de ander. De mens zien achter het gedrag ook. In het potentieel geloven. Dat je als organisatie het lef hebt om tegen bedrijven te zeggen: ‘neen, meneer, mevrouw, van onze vluchteling stuur ik u geen CV en ook een sollicitatiegesprek zal niet doorgaan. Laat onze gast een dag meelopen en -helpen en u zal zien dat hij een waardevolle kracht is’. En dat dat uiteraard werkt, zelfs al spreken deze gasten geen Nederlands. Of misschien net daarom…doe de ballast van taal weg die regels omschrijft en je komt tot de essentie.
Dan vraag ik me af of ik daar zelf op zou kunnen komen.
Het klinkt zo logisch en natuurlijk. Laat mensen doen waar ze een verschil in kunnen maken. Zie talenten en benut ze. Omarm ze. En nu begin ik begot weer te huilen.
Soit. Ik heb me voorgenomen me meer te verbinden. De banden aan te halen met organisaties die goed bezig zijn in mijn ogen zodat ik houvast of hoop vind op momenten dat ik het moeilijk heb. Dat ik hopelijk minder ervaar dat ik ‘mijn’ strijd alleen ‘moet’ voeren.
kom uit de schaduw
vouw een dicht
en aarzel niet om morgen
de nacht is nodig
als het licht
te moe is om te zorgen