Hoopverlener

sparkle

toen ik het las krulde mijn mond
zich tot een warme fijne lach

een hoopverlener

wat een woord
en hoe het helpen mag

ik krijg het zelfs niet ingepakt
in dichterlijke taal
zo mooi kan hoop verlenen zijn
bij voorkeur non-verbaal

***

Oh ja, zo vol ben ik ervan. Dat ik er net een gedicht over schreef en er nu nog woorden aan wijd in dit blogbericht.

Het was de eerste keer dat ik het tegenkwam, het woord ‘hoopverlener’.
Het veranderde meteen iets in heel mijn wezen. Het verzachtte één en ander.

Binnen de sector van de geestelijke gezondheidszorg zijn heel wat termen ingeburgerd.
Hulpverlener, psychiater, psycholoog. Neen, geen psychosprakdewaarheid.
Met een opmars van ervaringswerkers, lichaamstherapeuten en mensen met dubbeldiagnose. En patiënten moeten dan maar ‘hopen’ dat ze de juiste ‘hulp’ krijgen.
Maar wat als ze zelf de juiste hulp zouden vinden, mits ze zich zouden kunnen vasthouden aan ‘hoop’? Mits er hoopverleners zouden zijn die misschien niet meer doen dan een voorbeeld stellen door bijvoorbeeld te zeggen ‘ik kijk niet naar het nieuws, luister geen radio en lees geen krant’.
Wellicht volgt daar dan een verantwoord ‘ja, maar…je moet toch op de hoogte blijven’op.
Van wat? Van dingen waar jij als persoon niets aan kan veranderen en bovenop ook nog eens angstig van wordt?
Waar hoop jij op als je het nieuws op zet?

Enfin. Ik draaf even door merk ik.

Mijn persoonlijke hoopverlener is een woord. Het woord ‘vertrouwen’. Dat symboliseert de wetenschap dat de enige constante verandering is. Waar ik dus ook hang of steek, het is niet permanent. En dat is jammer natuurlijk, als ik net ergens zweef waar het fijn vertoeven is. Maar daar heb ik meestal geen hoop nodig. Het is daar in de diepte, waar angst en pijn en verdriet huizen…daar is een teken van hoop welkom.
En als de hoopverlener, mijn vertrouwen,  dan even aanbelt, word ik vanzelf wel Fiducia in Wonderlandgewijs nieuwsgierig naar zijn verhaal.
Kom binnen, zet u. Koffie of thee? Vertel!

Misschien zie ik het allemaal een beetje te simpel.
En toch…
Ik hoor mezelf verkondigen dat ik in de cursus herstelverhalen schrijven die ik geef, ernaar streef om de lichtjes in de ogen van de cursisten te zien verschijnen. Omdat ik daar zelf van opleef. Omdat het woord FEL gespiegeld LEF oplevert en het meervoud daarvan LEVEN is. LEFFE kan je er ook uit halen. Maar als je niet in de categorie dubbeldiagnose wil vervallen kan je de consumptie daarvan maar beter inperken.

Aan wat ik schrijf, merk ik dat ik een beetje aan het zweven ben.
Dat is dus het gevaar van het ontdekken van een mooi woord als ‘Hoopverlener’.
Maar maak u geen zorgen. Laat me maar even genieten.

Morgen denk ik na over hoe ik het woord HOOP zelf nieuw leven inblaas.