Ik liep vandaag te flaneren door de winkelstraat, omdat ik behoefte had aan verkoelende wind, even weg uit mijn huisje.
Een vrouw hield me tegen en vroeg me of ik het flesje mineraalwater van, naar ik vermoed, haar dochter kon opendraaien. Haar rechterarm lag immers in de plaaster en dochterlief had wellicht nog niet genoeg kracht in haar handen. Dus heb ik dat even gefikst. Het viel me wel op dat ze geen ‘dank u’ zeiden.
Ofwel kwamen de woorden zo stil dat ik het niet kon horen.
Ik besloot deze laatste optie in mijn geheugen op te slaan.
Toen draaide ik de straat in met de intentie te kijken of die fijne koffiebar open was. Maar al snel bedacht ik me dat het ijssalon een straat verder een veel aanlokkelijker idee was. De koffiebar was overigens toch toe, zo bleek.
Het ijssalon niet. Ik merk trouwens dat ijssalons als paddenstoelen uit de grond schieten in mijn stad.
Gisteren in de elektrozaak waar ik een toestel binnenbracht voor herstelling, kocht het koppel voor me een aircotoestel. Die toestellen zullen ook wel vlot over de toonbank gaan dezer dagen.
Ik hou het bij een ijsje. En zet de ramen van mijn huisje wagenwijd open net voor het slapengaan. Een mens moet de problemen niet nog groter maken dan ze al zijn.
Op mijn werk zetten de collega´s een ventilator aan bij deze warmte. Die blaast in hun richting terwijl ik erachter zit.
Laatst kloeg mijn collega dat ze toch nog warm had.
Ik zei dat dat kwam omdat de ventialtor mijn zweet en hitte haar richting uit blies.
Vond ik wel een grappige verklaring, al zeg ik het zelf. Ik weet niet meer in welke kleur ze lachte.
Vandaag heb ik ook een grappige verkoper ontmoet. Ik had een bijzondere blouse van een rek gevist buiten en aangetrokken binnen in het pashok.
Maar aangezien we niet bij elkaar pasten, de blouse en ik, zei ik tegen de verkoper dat ik het kleinood even terug buiten ging hangen, dat ik er dus zeker niet mee weg liep.
Hij bleef even wezenloos staan kijken en vroeg zich vervolgens luidop af ‘En wat ga ik ook weer doen? Ah ja, kijken naar een andere schoenmaat.’ De vrouw voor wie hij ging kijken had uiteindelijk al twee paar in een tas zitten en betaald, toen de verkoper haar op haar vraag nog drie andere schoenen liet zien. Waarop zij sprak ‘deze en deze heb ik al, die derde nog niet…maar die interesseert me niet zo.’
En toen verkondigde haar man stilletjes met samenzweerderige blik naar mij: ‘ze heeft écht geen schoenenprobleem…’
Ik had intussen een gevoerde regenjas gespot van zeer degelijke kwaliteit, én in uitverkoop. Hij was jammer genoeg net iets te klein. De verkoper ging even kijken voor een andere maat en kwam terug met een jas in een andere kleur maar in een model dat wel heel erg op de eerste jas leek. De jas die hij was gaan halen ‘was eigenlijk niet in de uitverkoop…maar ik zal zien wat ik kan doen’. Deze jas paste zalig goed. Toch deed ik ook nog even het eerste model aan, omdat ik de kleur en het materiaal toch specialer vond…en in afslag…maar hij was nog steeds wat te krap 🙂
Dat zei ik ook luidop. En ik vermeldde er bij dat het ervan zou afhangen hoeveel korting de verkoper zou geven of ik al dan niet tot aankoop zou overgaan.
Hij kwam naast me staan en bekeek het etiket van de jas. Ik had in mijn hoofd al een prijs vastgelegd waar ik niet boven zou gaan.
De verkoper staarde naar het etiket en zei exact het bedrag dat ik in mijn hoofd had.
Dus was hij voor mij verkocht.
Ik zie me zo al lekker ingeduffeld fietsen en wandelen op regendagen. Laat maar komen!
Geen paraplu meer waar geen huis mee te houden valt met die toenemende windvlagen.
Geen regencape meer op de fiets die toch maar opwaait en de opgevangen regen over me heen gooit terwijl ook mijn broek kliedernat wordt.
Dat laatste zal nog steeds het geval zijn. Tenzij ik in short ga onder mijn regenjas. Toch handig, gewoon benen afdrogen op de bestemming en een broek aansteken…
Zelfs in mijn eigen spiegel thuis ziet de jas er goed uit.
Nu nog Deens leren en ik ben net een echte!