Verbinding

Photo by Shane Rounce on Unsplash

Welke dag het was, weet ik niet meer. Maar ik had de bus richting station genomen en de chauffeur draaide muziek. Het was een fijne rit, de zon scheen en ik genoot van de muziek en de ontspannen sfeer op de bus. Er waren maar een drietal andere reizigers die meereden en ik hoorde niemand klagen over de muziekkeuze. Het waren trouwens wat ‘oudjes’ die gedraaid werden, maar net zo fijn.

Aan het station moest ik een andere bus nemen.
Een vrouw stapte enkele haltes verder op en ze stond wat te wiebelen op de middengang.
“Kan ik helpen?”, vroeg ik.
Ze draaide zich om, ik nam mijn rugzak van de zitting naast me en ze nam plaats op die plek.
Gezellig zo met zijn twee.

Aan de volgende halte waar de bus stopte, stond ik even op en vroeg ik aan de chauffeur of hij muziek wilde opzetten.
“Er staat muziek op” antwoordde hij, “maar die is enkel hier vooraan te horen.”
Nu was het ook een oud type van bus die al wat meer lawaai maakt dan de nieuwere versies, zoals degene die ik eerder had genomen.

De bus vertrok weer en de chauffeur was blijkbaar sowieso niet van plan zijn muziek door heel de bus te laten klinken.
De vrouw naast me raakte mijn arm aan en sprak “talk to me.” Geheel spontaan.
Dus dat deden we. En ik kwam een glimp van haar leven te weten. Dat ze een vriendin ging opzoeken in de stad waar ook ik naartoe reed. Dat ze ernaar uitkeek en die verbinding eens per week maakte. Ofwel kwam de vriendin tot bij haar.

Ze was voornamelijk alleen, hoewel ze kinderen had en een man. Maar niet in dit land.
Bij de voorlaatste halte stapten we beiden af en groetten we elkaar.
We wisselden geen gegevens uit. Ze drong er ook niet op aan dat ik later nog een keer met haar zou spreken, wat anders soms wel gebeurt.

Maar dit gesprek, deze toevallige ontmoeting, deed me wel denken aan het project dat Arsenaal/Lazarus in Mechelen opzette in samenwerking met het lokale museum Hof van Busleyden: ‘De grond der dingen’.

Ik heb het initiatief al een poos niet meer opgevolgd, maar aan het begin van het traject mochten Mechelaars ideeën insturen die de stad en/of haar bewoners ten goede komen. Later werden alle ideeën voorgesteld in een aparte ruimte in het museum en het traject leidde naar een voorstel aan de stad om de, via participatieve besluitvorming steunend op technieken van deep-democracy, geselecteerde projecten ruimte te geven om zich te ontvouwen.
Het opzet was niet dat de stad geld aan de ideeën zou toekennen om de realisatie mogelijk te maken, dan wel fysieke ruimte te voorzien om de ideeën te ontplooien.

Ook ik stuurde bij de eerste oproep een idee in, dat later in het beslissingstraject aan enkele andere ideeën werd gekoppeld.
Mijn voorstel was om de perronbanken in de stations in de Mechelse regio alsook de banken aan de bushaltes een herbestemming te geven als ontmoetingsplaats.
Ik heb geen idee hoeveel vierkante meter dit in beslag neemt, al die bushaltes en perrons waar banken ter beschikking staan. De intentie voor mijn idee was om de barrière om een gesprek aan te vatten te doorbreken. De barrière die vaak gevormd wordt door…scherm-kijken-in-de-eigen-bubbel.
Met ‘bubbel’ nog zonder connotatie met het Corona-virus…

De vrouw die ik in de bus ontmoette had geen ‘opstapje’ nodig om een gesprek aan te knopen. Een jongeman die op een keer naast me kwam zitten aan de bushalte ook niet. Hij wou weten hoe oud ik ben. Ik heb het hem met wat omwegen verteld. Hij is niet lang blijven zitten. Al was ik toen, geef ik toe, ook net in mijn bubbel op mijn GSM aan het tokkelen herinner ik me. Dat getuigt niet van veel openheid…

Fiducia reflecteert over verbinding…

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.