
Elif Şafak schreef het neer in haar boek en mijn stem gaf zonet vleugels aan haar woorden:
‘Dat wat niet in woorden valt uit te drukken, kan alleen worden begrepen door stilte.’
Sedert ik hier woon, zit ik vaak in mijn eentje in mijn eigen vertrek. In stilte.
Ik krijg zelden telefoon of berichtjes her of der, maar op de één of andere manier heb ik het daar niet moeilijk mee. Nier hier, niet nu.
Misschien omdat ik weet dat ik niet alleen ben in het huis. Omdat ik via een ander mens en alle hulp en bezoek dat hier over de vloer komt, de verbinding blijf voelen met het grotere geheel.
Stilte heeft me al veel licht gegeven.
Inspiratie. Inzicht.
En ruimte om woorden, beelden en muziek te vinden die me voeden.
Ik ben intussen begonnen met dansen.
We zijn al 2021, nietwaar.
Ik moet mijn eigen voornemen en bijpassend verzoek uit mijn ‘nieuwjaarsbrief’ waarmaken. Toch?!
Soms voel ik toch een zware energie in mijn lichaam dalen en weet ik niet goed op welke manier ik daar beweging in wil of kan in brengen. En het mag vreemd klinken, maar hoewel het winter is, zet ik hier vaak mijn ramen wagenwijd open en voel me door de stroom zuurstof ‘herbronnen’. Dan kriebelt al eens een dans-intentie.
Meestal dans ik dan achter de toegeschoven gordijnen, maar als die te beweeglijk zijn omwille van de wind of gewoon, als ik overdag geen zin heb om de gordijnen toe te schuiven, dan dans ik zo.
Zichtbaar voor al wie mijn richting uit kijkt.
Laatst stond de kleine jongen van het huis dat met zijn achterkant op de tuin uitgeeft, door het raam te kijken. Ik wist niet of hij de dansende ik in het oog had, dan wel of hij andere ontdekkingen op het oog had. Alleszins, toen ik zwaaide, draaide hij zich prompt om en liep het huis in. Even later kwam een volwassene aan het achterraam staan.
Dansen?
Dat is toch niet normaal in deze tijd?
Denken ze dat?
De stilte laat me ook toe om zachtjes liedjes aan te heffen die in mijn bewustzijn opdagen. Dan zit ik te neuriën en merk ik vaak dat ik de tekst niet ken. Soms zoek ik de lyrics dan op, maar niet altijd. Een beetje ongedefinieerd mee-melodiëren, meer moet dat niet zijn. Soms.
Ik merk het ook op als ik fiets. En het helpt me om steviger mijn trappers rond te duwen als de lichte hellingen of afstand me verzoeken op te geven…
Neuriënd doorzetten.
Overigens heb ik dat advies ook al met succes doorgegeven aan mijn huisgenoot. Soms heeft hij het echt moeilijk als we een ommetje maken. Dan geef ik hem de opdracht een liedje in zijn hoofd te neuriën, waarop hij kan doorgaan. En als hij vervolgens de drempel van het huis toch weer overbrugd heeft, sta ik aan de deur klaar met een opgestoken duim.
Soms met woorden die dat gebaar ondersteunen. Vaak zonder. Stilte spreekt.
Maar elke keer tot hiertoe krijg ik dan wel een tevreden glimlach terug.
Meer moet dat niet zijn.
Een kinderhand is gauw gevuld.